Reasons to be cheerful pt. XXVII: Dichter bij God

Reasons to be cheerful pt. XXVII: Dichter bij God

06-08-2021

Onlangs maakte een goede vriend mij attent op de honderd beste popplaten die de wereld heeft voortgebracht. Althans, volgens de recensenten van de Volkskrant die een lijst hebben samengesteld ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van deze krant. Ze hebben het zichzelf moeilijk gemaakt, maar ook weer niet te; er is geen ranglijst van 100 naar 1. Alleen een indeling in tijdvakken. Van 1950 tot 1960, van 1960 tot 1970 en ga zo maar door. Ik heb ik besloten de lijst volledig te gaan beluisteren. Ik kan inmiddels de eerste plaat afstrepen: The Best of Muddy Waters (1958). Eigenlijk geen echt album, maar een bij elkaar geraapte verzameling losse nummers. In die tijd brachten muzikanten namelijk alleen nog maar singletjes uit. De heren popjournalisten wilden echter niet om de uitvinder van de Chigaco Blues heen. Trouwens: zonder Muddy waren de Stones er nooit geweest.

Het eerste nummer op de plaat is het overbekende, eindeloos gecoverde ‘I just want to be loved by you’. Met een beetje goede wil zou je in de titel een gospel kunnen horen doorschemeren. Zet ‘Jesus’ ervoor, en je begrijpt direct wat ik bedoel. Het nummer bracht mij figuurlijk gezien in ieder geval even ‘Dichter bij God’. Ik zou de Protestantse en Katholieke kerken van Nederland van harte aanbevelen vrij met popsongteksten om te gaan om zo meer bezoekers te trekken. Op mij kunnen ze rekenen. Maar om ‘Oh God, won’t you buy me a Mercedes Benz’ of ‘Sympathy for the Devil’ uit de kerktelefoon te laten schallen, gaat misschien weer wat ver.

Afijn: dichter bij God, dichter bij gelukzaligheid. Deze vakantie was ik ook even letterlijk dichter bij God; ik beklom de Dom van Keulen. De kathedraal werd gebouwd om de buit van een relikwieëndiefstal te kunnen uitstallen. Het ging om de stoffelijke resten van de Wijzen uit het Oosten die de Duitse Keizer Barbarossa ergens in de twaalfde eeuw als oorlogsbuit uit Italië had meegenomen. Niet echt een christelijke start van de bouw van ‘s werelds mooiste Godshuis - gedenk het achtste gebod: Gij zult niet stelen - maar goed. Die bouw begon in 1248 en kwam in de 15e eeuw stil te liggen. De aflatenhandel was ingestort en daarmee was de voornaamste inkomstenbron voor de bouw drooggevallen. Pas eeuwen later, in 1824, werd de bouw hervat, nadat men stomtoevallig de originele bouwtekeningen weer had teruggevonden.

De twee torens kregen in die tijd hun imposante hoogte, 157 meter en 31 respectievelijk 38 centimeter. De dom werd, inclusief de kenmerkende torens, uiteindelijk voltooid in 1880. En het aardige is: naarmate je met het beklimmen van de trap van de zuidtoren dichter bij God komt, kom je langs stenen waarop het jaar van plaatsing is uitgehakt. Steeds hoger klim je, en achter iedere bocht zie je met een beetje fantasie een steenhouwer weer een nieuw jaar in het zandsteen beitelen: 1855, 1866, 1872, 1875. Uiteindelijk sta je na meer dan 500 treden op een rondgang, van waaruit je een schitterend uitzicht hebt over de stad.

Maar dat niet alleen: Je kunt de gebeeldhouwde engelen die vanaf grote hoogte op het aards gewoel neerkijken, ineens van heel dichtbij bekijken. Een hemels gezicht. En toch heeft het ook iets treurigs. De zandstenen sculpturen zijn niet lang geleden gerestaureerd, want ze steken vers gelig af tegen de rest van de kerk. Die hult zich al decennialang in een door vervuilde regen gitzwarte deken. Niets is zo heilig of de duivel weet er zijn hand op te leggen…

Klik hier voor meer colums